U moet me maar geloven, maar de afgelopen maanden waren voor dit museum slopend. Allereerst omdat er – juist omdat je nagenoeg op jezelf bent teruggeworpen – nog erg veel gedaan moest worden. Maar ook omdat je dan maar van de nood een deugd tracht te maken en dus tevens wat verbouwt, wat aanpast, of verbetert. Maar wanneer moet die rotzooi weer weg? Wat is nog op tijd klaar? Wat kán nog op tijd klaar? Wanneer moet alles netjes aan de muur hangen? Wanneer moet ik wat met mijn pr? Wel of geen dure advertentie? En voor wanneer dan? En met wat dan? Wat moet of kan er eigenlijk worden tentoongesteld? De geplande expositie kon al eerder niet doorgaan en met kunstenaars kun je nu niets afspreken zonder een flink risico van afzegging en teleurstelling.
Dat leven in limbo, lieve lezer, is slopend.
Maar in de geest der doorgevoerde versoepelingen is de afgelopen weken het werkpedaal nóg dieper ingetrapt. Klussen geklaard, boren en hamers opgeborgen, vloeren gezogen, kale plekken bijgetipt en…. er is een dubbele tentoonstelling verzonnen, uitgewerkt, en opgehangen. Bijna klaar. En vandaag, lieve lezer, begon ik opgeruimd aan een persbericht voor na 11 mei, want dan zou er wel weer wat mogen. Tot ik het zes-uur-journaal zag waarin gezegd werd dat er helemaal geen versoepelingen komen! NOS en Telegraaf blijken op internet al eerder gekopt te hebben met: “sportscholen en attractieparken blijven dicht”. Bij de Volkskrant komen de Efteling aan het woord, de sportscholen, en de dierentuinenvereniging. Alle vanzelfsprekend zeer teleurgesteld. Maar van musea weten we dat niet. Die worden niet eens genoemd! Bestaan die nog wel? Geen flauw idee. Ik knijp maar eens flink in mijn arm.
Resultaat is wel dat het kabinet dit weekend vrij heeft. Eindelijk eens lekker met de poten op tafel. Geen Catshuisoverleg, want het adviserende OMT “ziet geen ruimte voor versoepelingen”. Braaf kabinet. Dat OMT zag eerder het opengaan van terrassen en winkels ook nog niet zitten, maar dat schoof het kabinet- hopsakee – de prullenbak in. Dapper kabinet. Het gesloten houden van musea (braaf) is als wisselgeld gebruikt voor het opengooien van de rest (dapper).
En ik zag een drukte op de terrassen en de resorts, in de winkels en de shopstraten, waarbij elk virus – van welke variatie ook – zijn grijpgrage tentakels kwijlend zal aflikken.
En ik kijk rond in een museum, dat nu al weer bijna een half jaar leeg staat en zie overal bordjes ‘hou 1,5 meter afstand’. En ik denk: “van wie of wat eigenlijk?”