Nieuws

Wie het laatste nieuws op deze website gelezen heeft, weet dat ons museum direct na de verhuizing onbedoeld als boksbal in een bureaucratische ring terecht is gekomen. Ons incasseringsvermogen wordt daarbij danig op de proef gesteld. We dansen nog, als op hete kolen, maar de kans op een knock-out is nog steeds aanwezig.
Onlangs, op 12 juli 2007 kwam een einde aan een geheel andere, bestuurlijke boksronde. Deze begon in het jaar 2000. Na bijna 8 jaar kwam voor mij, als schilder, de knock-out op punten. Van een ‘strijd’ die ik niet eens zelf was aangegaan…

Vóór het jaar 2000 huisden we nog in een stolpboerderij te Venhuizen. De relatie met de gemeente Venhuizen, met de burgemeester en wethouders, was zonder meer goed. Men kocht enkele malen een stapel publicaties aan om een uitgave te ondersteunen en om als relatiegeschenk weg te geven. In het bijzonder herinner ik mij een solo in 1997 in Museum het Markiezenhof te Bergen op Zoom. Onze toenmalige burgemeester Aad Vlaar was niet te beroerd om samen met zijn vrouw Ellen de lange reis te maken teneinde de opening luister bij te zetten. Alle aanwezigen beleefden een plezierige dag en de burgemeester en zijn vrouw kochten privé een schilderij.

19 juni 2007, Museum Møhlmann, Venhuizen

Rond het jaar 2000 kregen we een andere burgemeester en wij verhuisden in diezelfde tijd naar het voormalige stoomzuivelfabriekje te Venhuizen. Na de grote verbouwing openden we op 19 februari 2000 met een eerste solo. We hadden de nieuwe burgemeester gevraagd de tentoonstelling te openen, maar die schoof de wethouder van Cultuur naar voren en zo geschiedde. De wethouder hield een aardige toespraak en omdat het gemeentehuis ook net verbouwd was en enige opluistering behoefde, kondigde zij en public meteen ook maar de aanschaf van een schilderij van mijn hand aan. Alle aanwezigen applaudisseerden verrast, ikzelf het hardst, want dit kwam toch zomaar als manna uit de lucht vallen.

Nu ga ik wat losjes door het verdere verhaal en noem ook geen namen. Het gaat hier vooral om de werking van het bestuurlijke en ambtelijke apparaat, die ik maar niet kan doorgronden. Lange tijd na de uitgesproken belofte gebeurde er niets. Ondertussen informeerden al een flink aantal van de aanwezigen bij die bewuste toezegging belangstellend naar de keuze van de gemeente. Dat deed ik uiteindelijk zelf ook maar eens. Maar zo simpel lag dat allemaal niet. Om te beginnen kwam een delegatie van het college langs. We lieten hen ruimhartig van onze gastvrijheid genieten, men bekeek eens wat werken, informeerden onderling naar elkaars welbevinden en toog uiteindelijk weer vrolijk huiswaarts. Opnieuw volgde een lange stilte. Bij navraag bleek dat men moeilijk een keuze kon maken en ons werd nu gevraagd wat werk op te hangen in het gemeentehuis. Dat werd een complete expositie. Bij het publiek bleken twee grote schilderijen van dakafval goed in de smaak te vallen. Het tweeluik had iets Venhuizens en het refereerde naar de agrarische cultuur.

Dakafval, Rob Møhlmann

Daarna was het weer een tijd stil. Het college kwam er niet uit en stuurde een kunstcommissie onder leiding van de wethouder. Ook zij werden feestelijk onthaald en men toonde zich zeer geïnteresseerd. Later bleek dat de commissieleden zeker niet zonder geestdrift waren – vooral over de beide grote stukken – maar dat één van hen faliekant tegen was, iemand die in West Friesland geboren noch getogen was. Afspraak was unanimiteit en dus ging het feest niet door. Genoemde wethouder kreeg nu toch wel last van enige plaatsvervangende schaamte. Zij wilde wel, en bovendien had er geld genoeg voor moeten zijn uit de toenmalige 1%–regeling bij de (ver)bouw van het gemeentelijke onderkomen, maar de politieke wil was kennelijk geluwd. Weer later zou de wil er wel weer zijn, maar ontbraken de geldmiddelen. Nog veel later probeerde de wethouder het opnieuw met een geheel nieuwe kunstcommissie, maar andermaal kwam men niet tot een besluit. De beide werken hadden we ondertussen in de museumcollectie opgenomen.

19 juni 2007 - Museum Møhlmann, Venhuizen

Zo begon de belofte in de loop der jaren een ‘running gag’ onder onze bezoekers te worden, een aardige grap die geregeld weer eens de kop opstak. In het voorjaar van 2006 maakten we een geheel ander staaltje van kordaat ambtelijk ingrijpen mee. Er was bij de gemeente een klacht van de buren gedeponeerd. Bezoekers, voornamelijk 50-plussers, die op het terras voor ons museum bij mooi weer van een kopje koffie genoten, zouden hardop gepraat hebben en dat verstoorde de rust van de buren. Het waren overigens dezelfde buren die ons hadden aangemoedigd het terras gezellig te maken. Ze hadden ons zelfs twee grote terrasbanken verkocht (er werd daar gehandeld in speeltoestellen en kennelijk ook in tuinmeubilair).
Nu kwam er dan een zware delegatie op bezoek van een wethouder met een ambtenaar die van geen wijken wist. Onder de gemoedelijke decibellia van de buurjongetjes die krijsend van plezier in het zwembad plonsden en de trampoline in een dwingend housebeat-ritme besprongen, en het a capella geluid van de buurman die het losbandige grut met dwingende regelmaat toebaste dit of dat te doen of te laten, nam de politiek ons kleine terras in aanschouw dat al 5 jaar bestond en waarvan nog geen vogel opgeschrikt was weggevlogen. Uiteindelijk mocht nog één bankje blijven staan. Aan de uiterste andere zijde. Uitsluitend bedoeld voor de verstokte roker, maar niemand mocht nog met zijn kopje koffie naar buiten lopen op straffe van God-weet-wat…

19 juni 2007 - Museum Møhlmann, Venhuizen

We zijn er niet om verhuisd, maar het tekent de sfeer. Ondertussen begonnen we om te zien naar een andere locatie voor ons museum. Nadat deze beslissing via een publicatie in het Noordhollands Dagblad algemeen bekend was geworden, kondigde de loco-burgemeester van Drechterland een bezoek aan. De gemeente Venhuizen was namelijk opgegaan in deze grotere gemeente en mede daarom zou er een nieuw gemeentehuis verrijzen. Daarin wilde men wel wat aardigs aan de muur. Zij kwam samen met een ambtenaar voor een verkennend bezoek. Men kwam dus terug op de bejaarde belofte en toonde zich onverminderd geïnteresseerd. Achteraf merkwaardig, als men tenminste het collegebesluit van 5 december 2006 bekijkt. Daarin had men besloten ”géén voorstel te doen aan de raad om geld voor zoiets beschikbaar te stellen”. Daar wisten wij toen nog niets van. Ook wisten we nog niet dat op 21 december 2006 een vriendelijke dame in de raadsvergadering opnieuw had gepleit voor aankoop van een schilderij van mijn hand en dat de loco-burgemeester toen antwoordde dat “het college op basis van het huidige beleid heeft besloten geen kunstwerk aan te schaffen”.

19 juni 2007 - Museum Møhlmann, Venhuizen

Ongehinderd door deze kennis, die pas onlangs boven kwam drijven, ontvingen we begin 2007 andermaal een delegatie die de boel eens kwam bekijken. Veel verwachtten we daar niet meer van. Bovendien had iedereen het over duaal bestuur en dat levert doorgaans weinig beslissingen op. Enige tijd later bleek over de aankoop van beide schilderijen in het gemeentehuis te zijn gestemd. De stemming was toch nog verrassend 7 tegen 7, maar als de stemmen staken is het voorstel van de baan. Helemaal? Nee, niet helemaal. Eén van hen, die vond dat de gemeente nu maar eens de knoop moest doorhakken, belde ons hier in Appingedam met de vraag of de beide schilderijen nog te verkrijgen waren. Dat waren ze eigenlijk niet meer, maar als het de gemeente dit keer nu echt serieus was, dan zouden we natuurlijk wel mee willen werken. Zeker gezien in het licht van onze huidige situatie, waarin de bureaucratie ons tot een faillissement dreigt te brengen.

Eind juni werd ik opnieuw gebeld. Of ik niet een aardig stukje zou kunnen schrijven over de beide werken opdat men met voortschrijdend inzicht tot een beslissing zou kunnen komen. Dat was nodig, want het zou er weer om gaan hangen. Sommige raadsleden waren wellicht wat gekanteld in hun mening, maar anderen juist weer niet, bovendien zou een flink aantal op vakantie zijn, waaronder in ieder geval ook vóórstemmers. Ik stuurde wat leesbaar proza dat in goede orde werd ontvangen. Op 12 juli 2007 zou over de bejaarde belofte worden gestemd.

Diezelfde avond nog werd ik door deze meelevende aanjager van een tweede stemronde gebeld. De stemming was nu 8 tegen 8 geweest. En daarmee definitief van de baan. Vele gemeenten kennen de regel dat als bij stemming of herstemming van de raad, de stemmen staken, de voorzitter (vaak de burgemeester) beslist. Vele, maar kennelijk niet alle.

Bij sommige, wat kritische lezers, zullen na dit verhaal ongetwijfeld wat vragen opkomen.
Heeft men daar dan niets met cultuur? Natuurlijk wel! Vooral die van bloembollen en bloemkool mogen zich verheugen in een ronduit florissant aanzien.
Houdt men zich daar dan niet aan zijn beloften? Vast wel, maar voor het inlossen daarvan gelden kennelijk ambtelijke tijdtafelen. De belofte werd immers pas bij de opening van ons museum gedaan en dat is nu amper 8 jaar geleden.
Kent deze gemeente dan geen enkele daadkracht? Nu moet u toch een beetje op gaan passen, want bijvoorbeeld een sloopvergunning voor ons oude museum is al kort na ons vertrek afgegeven. Daar zit flink schot in.
Of wij nu nog enig vertrouwen in de zaak hebben? Uiteraard. We blijven geloven in desnoods een postume inlossing, wellicht nog voor het einde van deze eeuw.

 

 

Museum Møhlmann

Museum Møhlmann



Pin It on Pinterest