Nieuws

Onlangs kocht Museum Møhlmann het belangrijke werk ‘Ja, ik haal al een lapje’ uit 1997 van de hand van Rob Møhlmann terug van het Artsen Pensioenfonds te Utrecht. Het gaat om een levensgroot weergegeven Anthurium, een bekende kamerplant, die loodrecht van boven werd geobserveerd en weergegeven. Møhlmann moest er destijds maandenlang voor op een stoel staan. De grote plant is zojuist uitbundig besproeid en er liggen honderden – stuk voor stuk geschilderde – glinsterende waterdruppels op de groene bladeren met wat plasjes op de plankenvloer.

Rob Møhlmann, Ja ik haal al een lapje

Rob Møhlmann, Ja ik haal al een lapje

De koop kon plaatsvinden omdat het Artsen Pensioenfonds haar hele kunstcollectie van de hand doet en zegt over te willen stappen op een collectie fotografie. Slechts één werk van de totale verzameling blijft in bezit van het fonds en ook dat ‘Vallende kommen’ uit 1996 is van Rob Møhlmann. Dit schilderij schijnt zo geliefd in de Bestuurskamer dat men het daar niet meer wil missen.

Rob Møhlmann, Ja ik haal al een lapje - detail

Rob Møhlmann, Ja ik haal al een lapje – detail

Bovenafje

Rob Møhlmann, die bekend staat om zijn uiterst realistische manier van schilderen en verfrissende kijk op het stilleven, ontwikkelde ruim 15 jaar geleden het zogenaamde bovenafje in de stillevenschilderkunst. Het gaat om stillevens die niet alleen van hoog worden waargenomen (het bekende vogelperspectief), maar ook nog eens vanuit het allerhoogste punt: loodrecht boven het onderwerp. Hij noemt dat “valkperspectief”, waarbij de schilder “bidt boven het beeld”. Deze manier van waarnemen levert een schilderij op dat in principe geen onder of boven meer kent en eigenlijk op 4 wijzen kan worden opgehangen. Vergeleken bij het reguliere stilleven zijn deze ‘bovenafjes’ uiterst vermoeiend om te schilderen en veel lastiger om op het paneel te zetten omdat de schilder langer moet onthouden wat hij gezien heeft.

Rob Møhlmann, Vallende kommen

Rob Møhlmann, Vallende kommen

‘Ja, ik haal al een lapje’ is met zijn bijna 1,5m2 het grootste bovenafje dat Møhlmann tot nu toe schilderde. Hij herinnert zich tamelijk ‘gek’ te zijn geworden van deze plant omdat hij bij aanvang van dit grote werk er voetstoots vanuit ging dat de plant zich niet zou bewegen. Dat bleek in de praktijk geenszins het geval. Iedere ochtend was het weer een verrassing om te zien welke positie de bladeren van de Anthurium nu weer hadden ingenomen. Ondanks dat het museum er twee keer zoveel voor moest betalen als de schilder destijds voor het stuk ontving, is het reuzeblij met de aanwinst die dan ook een opvallende plek in het gebouw gekregen heeft.

Museum Møhlmann

Museum Møhlmann



Pin It on Pinterest